Ook de multiculturele samenleving die Nederland geworden is heeft zijn effect. In het boekje Sinterklaasje kom maar binnen zonder knecht (1998) wordt niet het (kinder)feest als zodanig bekritiseerd, maar wel de aanwezigheid van zwartepieten, waarin de auteurs een racistisch cliché terugzien. Er is geëxperimenteerd met verschillende varianten (gekleurde pieten, witte pieten) maar de oude samenstelling is vooralsnog niet wezenlijk aangetast. Op veel gemengde scholen worden verschillende culturele feesten naast elkaar gevierd. Sommige zwarte scholen hebben Sinterklaas van het programma afgevoerd, andere niet.
Al wijst niets er op dat Sint en Piet verdwijnen, de rollen zijn veranderd. Tot in de negentiende eeuw was Sint-Nicolaas vaak een boze bestraffer, onzichtbaar maar alles ziend. In de tweede helft van de negentiende eeuw neemt zwartepiet gewapend met roe en zak de disciplinerende rol over. De laatste decennia speelt de figuur van strenge opvoeder geen rol meer. Sinterklaas is geëvolueerd van kinderschrik tot vriendelijke oude vaderfiguur, die kinderen meer en meer beschermt, maar ook steeds saaier is geworden. Piet is van krom pratende, dommige en dreigende knecht, uitgegroeid tot dynamische hoofdfiguur, of liever gezegd tot een hele categorie in zichzelf. Er is een hoofdpiet die alles weet en organiseert, en een hele stoet van andere pieten, die snoep uitdelen en vooral entertainen.
Door de combinatie van publiek theater, cadeaus voor iedereen, satirische gedichten, creatieve surprises en huiselijke gezelligheid in de donkere winterperiode, is het sinterklaasfeest door alle leeftijden, religies en culturen heen, nog steeds een geliefd moment in het jaar.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten